‘Zeven Generatie denken'

Blog #2 Eisen van gisteren


 

Hans: “Het vastgoed in Nederland is vaak zo ontworpen, dat het vrij snel na oplevering al niet meer voldoet, ook al is het qua materialen nog in prima staat. En moet het ruim voor de technische levensduur, soms al na 20 jaar, gesloopt worden. We creëren dus steeds wegwerpvastgoed. Hoe zit dat?”

 
 

In mijn vorige blog trok ik de ongemakkelijke conclusie dat wij in Nederland wegwerpvastgoed aan het bouwen zijn. Dit was voor mij aanleiding om verder te onderzoeken hoe dit nu eigenlijk komt. Om daarmee hopelijk ook een manier te vinden hoe we dit zouden kunnen veranderen. Want dat de huidige crises – zowel ecologisch, sociaal als economisch – vragen om een andere aanpak is duidelijk. En hier wordt natuurlijk ook al op veel gebieden hard aan gewerkt. Circulariteit, klimaatadaptiviteit en natuurinclusiviteit zijn inmiddels al behoorlijk gemeengoed aan het worden. Een goede ontwikkeling.

Maar er is volgens mij nog iets anders aan de hand; namelijk dat onze primaire focus ligt op normen die gebaseerd zijn op de eisen van nu – en op die van ‘gisteren’ – maar niet op wat er in de (nu al deels te voorspellen) toekomst nodig gaat zijn. En daar zit volgens mij het begin van het probleem.

Want laat nu precies het onderwerp ‘toekomstbestendigheid’ niet in de normen staan. Nu hoor ik je denken; daar zorgen die normen toch voor, want alle eisen bij elkaar vormen de garantie op toekomstbestendige gebouwen? Nee helaas. Sterker, ze werken op sommige onderdelen zelfs averechts.

Bijvoorbeeld: de ventilatie-eisen. Goede ventilatie is belangrijk, maar vraagt om behoorlijk grote luchtkanalen. En bij voorkeur passen we tegenwoordig een gebalanceerd ventilatiesysteem toe, dus met lucht toe- en afvoer in elke ruimte. Veel luchtkanalen dus, die we ergens kwijt moeten. En dat kost ruimte. Maar om geen extra verdiepingshoogte te hoeven maken, storten we ze in de betonvloer en puzzelen we net zo lang over het verloop van die luchtkanalen, totdat het er in past. Het meest efficiënte leidingverloop wordt gekozen. Heel slim bedacht, voldoet aan de normen. Maar er is nooit meer iets te veranderen. De luchtkanalen zijn precies groot genoeg gemaakt zodat ze voldoen aan de huidige (minimale) eisen per ruimte. Als die ruimte verandert of de eisen zwaarder worden, voldoet het systeem dus niet meer. En erger; het ventilatiesysteem is niet meer aan te passen, want het zit ingestort in de betonvloer.

 
“We bouwen zo, dat als de eisen veranderen, we alleen tegen hoge kosten aanpassingen aan het vastgoed kunnen doen. Slopen is regelmatig de meest aantrekkelijke oplossing. Terwijl het gebouw verder nog jaren mee had gekund. Kapitaal- en grondstofvernietiging. Zonde! En daar zadelen we de generaties na ons mee op.”
— Hans Schepman
 

(On)aanpasbare constructies

Ander voorbeeld: het principe van een spouwmuur. Zo’n muur is opgebouwd uit een constructief steenachtig materiaal aan de binnenzijde en een esthetisch steenachtig materiaal aan de buitenzijde, met daartussen ruimte voor isolatie en lucht. Deze spouw is in de loop ter tijd steeds breder geworden, om het steeds dikker wordende isolatiemateriaal (vanwege de toenemende isolatie-eisen) kwijt te kunnen. Maar het feit dat het isolatiemateriaal tussen twee steenachtige wanden zit, maakt dat eventuele aanpassingen alleen tegen zeer hoge kosten gedaan kunnen worden. Bijvoorbeeld als het materiaal vervangen moet worden of – zoals de laatste jaren het geval is – de isolatie-eisen steeds verder toenemen en de isolatiewaarde moet worden verbeterd.

Meergeneratievisie

Deze twee voorbeelden laten zien dat onze focus op de huidige normen tot gevolg heeft dat de aandacht niet gaat naar wat er werkelijk duurzaam is, namelijk gebouwen waarbij tijdens het ontwerpproces al rekening wordt gehouden met aanpasbaarheid aan toekomstige eisen en daardoor meerdere generaties meegaan. Nu bouwen we steeds opnieuw ‘geoptimaliseerde’ gebouwen voor nu, niet of nauwelijks aanpasbaar als de – nu al deels te voorspellen omstandigheden – daarom vragen (zie blog #01 ‘Wegwerpvastgoed’).

Alle eisen, regels en goede bedoelingen ten spijt, bouwen we hierdoor nog steeds veel te vaak voor de sloop. Eigenlijk zijn we onbewust onbekwaam.

We zitten gevangen in de huidige opeenstapeling van normen die voortborduren op bestaande situatie en regels. Wat we nodig hebben is durven kijken naar waar we naar toe willen, wat de toekomst gaat vragen van de gebouwen van nu. En een heldere visie hoe we onze gebouwen toekomstbestendig kunnen maken. Toekomstbestendig, aanpasbaar en flexibel. We hebben een nieuw, fris startpunt nodig, inclusief een heldere visie op de (verre) toekomst, bijpassende normen en een plan hoe we dit kunnen bereiken.

Ideeën over hoe we dit zouden kunnen doen lees je in mijn blog #03 ‘Seven Generations bouwen’.