‘Zeven Generatie denken'
Blog #3 Seven Generations
Hans: onbewust bouwen we in Nederland wegwerpvastgoed, gebouwd naar de eisen van gisteren. Het ontbreekt aan een aantrekkelijk perspectief op de toekomst. Vasthouden aan het bekende, angst voor het onbekende. Daarom is het hoogste tijd voor zeven generatie-denken. Maar wat is dat en hoe kan dat de markt positief veranderen?
Het principe
Tijdens mijn verblijf in Vancouver in 2021 kwam ik in aanraking met het Seven Generations principe (zie blog #8). Een principe afkomstig van de inheemse bevolking waarbij uitgegaan wordt van een zeven generatie planning. Hierbij wordt de impact van beslissingen zeven generaties in de toekomst overwogen, een periode van ongeveer 150 jaar. Het idee is dat bij beslissingen van vandaag rekening moet worden gehouden met de potentiële voordelen of schade die zeven toekomstige generaties zouden voelen. Om grip te krijgen wordt daarom eerst zeven generaties teruggekeken; wat kunnen we leren van beslissingen die we in het verleden hebben genomen?
Dit principe zette mij in eerste instantie aan het denken over mijn eigen rol als vader. Hoe kan ik met een beslissing nu invloed hebben op de toekomst van mijn familie over 150 jaar - zeven generaties vooruit? Best lastig eigenlijk, niet te overzien, kwam ik achter. Ik merkte dat ik helemaal vastliep in ons Westerse denken waarin we enkel gericht zijn op ons eigen levensgeluk in het hier en nu.
Toch bleef het in mijn achterhoofd spelen. Want waar ik het voor mijzelf erg lastig vond te bedenken wat ik hiermee zou kunnen is deze langetermijnvisie natuurlijk juist iets wat past in een vak dat zich richt op de lange termijn. En zo kwam ik er op dat het eigenlijk heel vreemd is dat we in de bouw bijna alleen maar werken met partijen die een korte termijn betrokkenheid hebben. Van ontwikkelende, ontwerpende en bouwende partijen tot en met de overheid.
Hoe zou zeven generatie-denken hier verandering in kunnen brengen?
Verleden
Begin met terugkijken; wat kunnen wij leren van de geschiedenis van de (woning)bouw in Nederland? Welke bouwperiode of bouwmethode leverde woningen op die generaties lang mee (zijn ge)gaan en om welke redenen? Welke omgevingsfactoren spelen hierbij een rol? Veel te vaak hebben we de neiging om met elk nieuw project opnieuw te beginnen, zonder eerst goed na te denken wat we kunnen leren van de projecten die we hebben gedaan. In de huidige praktijk staat ‘nieuw’ synoniem voor ‘beter’ terwijl we inmiddels weten (zie mijn vorige blogs in deze serie) dat dit niet zo is.
Het is in dat kader interessant om het begin dit jaar door De Zwarte Hond uitgegeven boek ‘Out There #4 Woningplattegronden’ te lezen. Daarin staat een uitgebreid pleidooi om de woningplattegrond weer vol onderdeel te maken van de ontwerpopgave. Maar belangrijker in deze context is dat er een uitgebreide analyse van de woningbouw in NL is gemaakt en wat we daarvan kunnen leren. En de reden waarom het dus ook belangrijk is meer aandacht te besteden aan de kwaliteit en diversiteit van de woningplattegronden.
Mijn eigen ervaring met de bestaande bouw in Nederland heeft mij veel geleerd over de bouwkundige kwaliteit van gebouwen in verschillende bouwperioden. Ook heeft het mij geleerd dat woonwensen door de jaren blijven veranderen en daarmee ook de behoefte blijft om te kunnen verbouwen en gebouwen aan te passen aan persoonlijke wensen. Ik ben er achter gekomen dat ondanks het feit dat de bouwkundige kwaliteit steeds beter is geworden, de flexibiliteit steeds minder is geworden.
Daarmee zijn we een belangrijk aspect uit het oog verloren, namelijk dat we niet (alleen) bouwen om een oplossing te bieden op dit moment, maar dat we ook (en vooral) bouwen voor de toekomst. Bouwen, en dan met name woningbouw, is een commercieel product geworden dat op de korte termijn moet renderen. Waarbij de betrokken partijen geen enkel belang hebben om een product te leveren dat ook toekomstbestendig is.
Toekomst
Kijk vooruit met de lessen uit het verleden. Hoe willen we dat onze achter-achter-achterkleinkinderen over 150 jaar wonen en hoe kijken zij dan terug op wat wij nu bouwen? Kortom, wat is de werkelijke maatschappelijke waarde van onze nalatenschap? Als we vaststellen dat we vandaag de dag wegwerpvastgoed bouwen, dan is het dus hoogste tijd dat we het structureel anders gaan doen.
In dat kader verscheen eind vorig jaar het boek ‘betekeniseconomie – de waarde van verweven leven’ van Kees Klomp. Hij benoemt in dit boek een aantal ontwikkelingen die onze samenleving fundamenteel ontwrichten; er is sprake van met elkaar verweven ecologische, sociale, individuele en economische crises waardoor wij ons economisch systeem en onszelf volledig opnieuw moeten uitvinden. Hij beschrijft een fundamenteel nieuwe benadering van economie; de betekeniseconomie. Hij koppelt ‘ons’ (individuele, menselijke) levensbestaan aan ‘het’ (universele, natuurlijke) levensbestaan. Ecologie is daarbij het ontwerpuitgangspunt.
Er is dus reden genoeg de bouw op een nieuwe manier te bekijken zodat wat we nu bouwen meerwaarde en betekenis heeft op de lange termijn. Want daarmee kunnen we een antwoord geven op de verschillende crises.
Ik ben er van overtuigd geraakt dat we in deze onzekere tijd behoefte hebben aan een positief verhaal. Een verhaal dat ons een betere toekomst biedt. Een verhaal dat redeneert vanuit de mens, vanuit wat wij willen nalaten voor de generaties na ons. Dat is voor mij de waarde van het Seven Generation – principe, en dat deel ik graag!